Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Behalve dat van de [24]kramers was, en van den handel der [25]kruideniers, en van alle [26]koningen van Arabie, en van de geweldigen van dat land. 24. Of, kraamlieden. Hebreeuws, vande mannen die bespieden, doorzoeken, doorsnuffelen. Versta dezulken, die van grote kooplieden in verscheidene landen uitgezonden worden, om hun waren ten duurste te verkopen, en andere tot den minsten prijs in te kopen, en dan dezelve aan hun meesters over te zenden, of toe te brengen. Anderen verstaan dit van de tollenaars of pachters, die zeer nauw plegen toe te zien om de kooplieden te betrappen, die van hun goederen iets zouden mogen versteken en verborgen houden. 25. Of, drogisten. 26. Versta, degenen, die nabij gelegen waren, zowel oostwaarts als zuidwaarts.